Koolhydraten tellen

In mijn leven had ik nog nooit een koolhydraat geteld.
Calorieën vond ik ingewikkeld en de weegschaal stond vergeten in een hoekje onder de kast.
Dat veranderde volkomen na de diagnose diabetes type 1 van mijn zoontje.

Om hem goed op insuline in te stellen werd hij een week opgenomen in het ziekenhuis.
Mijn man was continu bij hem. Om voor onze dochter te zorgen pendelde ik op en neer tussen thuis en ziekenhuis.
Overdag waren we voor instructies gezamenlijk in het ziekenhuis.
Emotionele momenten werden opgevolgd door theoretische uitleg over meetapparatuur en het tellen van koolhydraten.
Hiervoor kregen we een boekje en een app van het Voedingscentrum, De Eetmeter.

Nachtelijke hypo’s

De nachten was ik dus thuis.
Soms kreeg ik dan een bericht met een foto. Een slaperige Xander die een bordje vasthield met een boterham erop.
De eerste nachtelijke hypo’s.

Die eerste periode dacht ik dat de hypo’s door de diabetes werden veroorzaakt.
Het was voor mij één van de meest schokkende ontdekkingen dat het niet de diabetes zelf was die dit veroorzaakte maar de medicatie die wij hem toedienden.

Voeding als troost

Die week kreeg ik vaker foto’s.
Xander aan een ontbijt van witte bolletjes met hagelslag en jam en een beker chocolademelk erbij.
Tja, dat volkorenbrood in het ziekenhuis was niet zo lekker en het mocht toch ook wel een beetje fijn voor hem zijn?
In dat opzicht vonden wij het niet raar dat hij op woensdag meedeed aan de frietdag, net als alle andere kinderen op de afdeling. Het enige wat wij immers moesten leren was de koolhydraten tellen en de juiste ratio vinden voor de goede hoeveelheid insuline. Waar we niet bij stilstonden was dat het voedingspatroon en de producten in het ziekenhuis verschilden van datgene wat hij bij thuiskomst weer zou gaan eten.

Hypers

De match vinden tussen koolhydraten en insuline was heel wat makkelijker gezegd dan gedaan.
We wogen al het eten af, we vulden ‘De Eetmeter’ nauwkeurig in, we overlegden meerdere keren per week met de diabetesverpleegkundigen. Ondanks dat leek Xander zijn bloedsuikerspiegel een berglandschap.
Scherpe pieken werden gevolgd door abrupte dalingen. Binnen 24 uur konden zijn bloedsuikerwaarden variëren van ruim 20 mmol naar minder dan 3 mmol.

Omdat er meerdere factoren van invloed zijn op bloedsuikerwaarden hield ik alle variabelen bij. Kuchte hij een keer, dan noteerde ik het. Leek er een tand los te gaan zitten dan schreef ik het op.
Uiteindelijk waren er zoveel momenten met hoge bloedsuikerwaarden, terwijl er geen andere oorzaak was, dat er voor mij maar één conclusie overbleef; het waren de koolhydraten die zijn bloedsuiker lieten stijgen.

Dokter Bernstein

Negen maanden na Xander zijn diagnose begon ik met het lezen van het boek “Dr. Bernstein’s Diabetes Solution”.
Inmiddels was dit twee keer zo belangrijk geworden omdat mijn dochter Amber ook werd gediagnosticeerd met diabetes type 1.
Ondanks mijn pogingen om middels voeding grip te krijgen op Xander zijn diabetes waren zijn suikerwaarden grilliger dan ooit.  Op dat moment was ik de wanhoop nabij. Was het werkelijk onmogelijk om stabielere waarden te realiseren?
Mijn zorgen om Xander waren groot want hij heeft maar één nier. Ik durfde nauwelijks stil te staan bij de mogelijke impact van diabetes op het leven van mijn dochter. Vol overgave begon ik te lezen.

Het boek is geschreven door een Amerikaanse arts. Deze arts heeft zelf sinds zijn twaalfde diabetes type 1 en is nu 87 jaar. Op basis van zijn onderzoek heeft hij een protocol ontwikkeld voor een stabiel diabetesmanagement. Het belangrijkste element daarin is hoe je de match maakt tussen voeding en insuline.
Wat een wereld ging er voor mij open bij zijn uitleg van “De wet van de kleine getallen”

De wet van kleine getallen

Eigenlijk is de wet van de kleine getallen een eenvoudige gedachtegang.
Kort uitgelegd houdt ‘de wet van de kleine getallen’ in dat kleine hoeveelheden, kleine fouten veroorzaken. Dit geldt zowel voor de koolhydraten die je eet als voor de insuline die je injecteert.

Dokter Bernstein pretendeert niet dat je met zijn methode hypers of hypo’s volledig kunt voorkomen. Hij geeft wel aan dat je invloed hebt op de frequentie en de ernst van de hyper of hypo, door rekening te houden met ‘de wet van de kleine getallen’.

Vaste koolhydraatinname

Hij adviseert een lage (vaste) koolhydraatinname van maximaal 30 gram per dag.

  • 6 gram koolhydraten voor het ontbijt
  • 12 gram koolhydraten voor de lunch
  • 12 gram koolhydraten voor het avondeten

De reden daarvoor is dat het aantal koolhydraten dat een product bevat geen exacte waarde is. Dat was nieuw voor mij.
De vermelding van koolhydraten op de verpakkingen in de supermarkt vond ik juist zo handig.
Nu bleek dat, hoe goed ik mijn best ook deed, er dus altijd een foutmarge was.
Wat ik me niet had gerealiseerd was dat de vermelde koolhydraten op een verpakking gemiddelden zijn.
De onmogelijkheid van de juiste berekening van koolhydraten werd nog duidelijker toen ik las dat de vermelde koolhydraten 20% mogen afwijken.

Consequenties voor het diabetesmanagement

Wanneer je de methode van dokter Bernstein toepast betekent dit dat je bij het ontbijt maximaal een verschil kunt hebben van 2,4 gram koolhydraten en bij de lunch en het avondeten 4,8 gram.

Als je dit vergelijkt met de adviezen die wij kregen op basis van de NDF-richtlijnen, dat 40% van de calorie inname uit koolhydraten moet komen, zijn de verschillen enorm.
Voor Xander betekende dit een totale koolhydraat inname van 150 gram per dag en voor Amber 210 gram.
Als we dit in dezelfde verhoudingen verdelen, zou dat voor Xander een verschil in koolhydraten kunnen betekenen van: 12 gram bij het ontbijt, en 24 bij de lunch en het avondeten. Voor Amber respectievelijk 17 gram bij het ontbijt en 34 gram bij de lunch en het avondeten.

Dit maakte mij duidelijk dat het nagenoeg onmogelijk is om de juiste hoeveelheid koolhydraten te berekenen. Dit heeft een direct effect op de berekening van insuline. Met deze afwijkingen kon het verschil bij Xander 2 tot 2,5 eenheid insuline betreffen. Oftewel een behoorlijke hyper of hypo.

Aan het begin van dit verhaal gaf ik aan dat ‘de wet van de kleine getallen’ zowel voor de koolhydraten als voor de insuline geldt. Door minder koolhydraten te consumeren heb je minder insuline nodig. Zoals daarnet beschreven vermindert dit het risico op hypers en hypo’s maar het vergroot de betrouwbaarheid en de voorspelbaarheid van de werking van de insuline.

Kleine insuline doseringen vergroten de voorspelbaarheid

In tegenstelling tot de natuurlijke afgifte van insuline bij een gezond persoon komt de insuline bij een persoon met diabetes op onnatuurlijke wijze het lichaam binnen.
De injectie van insuline in het been, buik, bil of arm, wordt door het lichaam beschouwd als lichaamsvreemde stof en indringing van buitenaf. Met andere woorden het immuunsysteem komt in actie en breekt een deel van de toegediende insuline af.
Hoe meer insuline je injecteert, des te heftiger zal de immuunrespons zijn en daardoor het effect van de insuline onvoorspelbaarder.

Om de voorspelbaarheid van de werking van de toegediende insuline zo groot mogelijk te houden adviseert dr. Bernstein om maximaal 7 eenheden insuline op een injectieplaats toe te dienen. Indien je meer eenheden moet toedienen raadt hij aan om de hoeveelheid op te splitsen en het op twee verschillende plaatsen te injecteren.
Dit gegeven is één van de redenen dat we bij beide kinderen de (langwerkende) insuline over twee spuitmomenten verdelen.

Het veranderen van onze leefstijl op basis van “de wet van de kleine getallen” was de eerste stap op weg naar een groot verschil in ons diabetesmanagement. Door dit toe te passen werden variabelen en onvoorspelbaarheden kleiner en de effecten van andere factoren inzichtelijker. Mijn gevoel van wanhoop begon af te nemen want er bleek een methode te zijn waarmee ik invloed kon uitoefenen op het verloop van de bloedsuikerwaarden van mijn kinderen!

Over de Auteur

Corine Heijneman heeft reuma en is moeder van twee kinderen met diabetes type 1.

In 1998 kreeg ze de diagnose reumatoïde artritis. Na de diagnose in 2018 van haar kinderen ontdekte ze de effecten van voeding op beide aandoeningen. Ze pasten hun leefstijl aan volgens de leefstijlmethode van de Amerikaanse arts Bernstein die een uitgebreid protocol heeft voor het dagelijks diabetesmanagement. Deze methode heeft ook bij Corine tot een enorme ommekeer in haar gezondheid geleid. Corine is coördinator van de supportgroepen: Diabetes 1 In Eigen Hand en Grip op Reuma.

Hun ervaring en verhaal mag niet worden opgevat als medisch advies. De auteur en Je leefstijl als Medicijn aanvaarden geen aansprakelijkheid voor besluiten over de behandeling van ziekten die op basis van de informatie in dit artikel zijn genomen.

Indien u overweegt over te stappen naar deze leefstijlmethode bespreek dit dan met uw arts.